Wegenbelasting bijna overal omhoog, behalve in Groningen en Drenthe

Foto:

Zuidwolde – In bijna alle provincies gaat dit jaar de wegenbelasting omhoog, behalve in de provincies Groningen en Drenthe worden de tarieven niet verhoogd. Dat blijkt uit cijfers donderdag van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het Rijk en de provincies verwachten dit jaar gezamenlijk ruim 6,8 miljard euro aan wegenbelasting te ontvangen. Dat is ongeveer 422 miljoen euro (6,6 procent) meer dan in 2023.

In Noord-Holland is de stijging van de motorrijtuigenbelasting dit jaar het grootst. Die provincie heeft wel ondanks de verhoging nog steeds het laagste tarief. Zuid-Holland heeft het hoogste tarief. Daarna volgen Gelderland, Groningen en Drenthe. Die laatste twee verhogen de belasting dit jaar niet.

Groningen stond net als vorig jaar al op de derde plek en hanteert met 95,7% al een hoog tarief, gevolgd door Drenthe op plek vier met 92 procent. In Groningen betalen is de motorrijtuigenbelasting voor een benzinevoertuig van 1200 kg 708 euro per jaar en in Drenthe 700 euro.

De wegenbelasting bestaat uit een rijksdeel en daarboven op een provinciale heffing, de ‘provinciale opcenten’. Provincies stellen zelf elk jaar het tarief voor de provinciale opcenten vast, tot een bepaald maximum en daardoor verschilt de belasting per provincie.

Het Rijk verwacht in 2024 ruim 4,9 miljard euro aan motorrijtuigenbelasting te ontvangen, ongeveer 7,5 procent meer dan een jaar eerder. De provincies verwachten in totaal bijna 1,9 miljard aan wegenbelasting te gaan incasseren, 4,2 procent meer dan in 2023.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen