Zuidwolde – Streeklabel Dubbel Drents heeft naast brood nu ook asperges. De producten van Dubbel Drents zijn meer dan alleen verse lokale producten. Ze staan symbool voor samenwerking in de regio. Vijf aspergetelers hebben zich aangesloten, waaronder Eric Weiland uit Zuidwolde. Het versterkt en verbindt de mensen in deze regio en er ontstaan mooie producten van dicht bij huis. Extra lekker zo vers van Drentse bodem.
Landbouwgrond
Asperges uit de Drentse zandgronden. Al generaties lang zijn er ook akkerbouwbedrijven te vinden die asperges telen en volop profiteren van deze unieke landbouwgrond. Waarom de asperges het zo goed doen op de Drentse grond? Witte asperges zijn kieskeurig als het om de grond gaat; want ze kunnen niet overal goed gedijen en geteeld worden. Witte asperges houden namelijk het meest van een lichte, goed doorlatende, droge grond met een laag grondwaterpeil. En de grond in het Drenthe is hier zeer geschikt voor! Zo groeien de Dubbel Drents asperges op zandgronden, die door de samenstelling en voorbereiding, bepalend is voor de smaak van deze asperges. Volgens kenners kenmerkt de Dubbel Drents asperge zich met een zachte en zoetere smaak.
Handwerk
Zodra de asperges hun kop boven de grond uit steken begint het oogsten. Traditioneel loopt het aspergeseizoen van de tweede dinsdag in april tot en met 24 juni. Het oogsten – of steken – van de Dubbel Drents asperges is handwerk. Vroeg in de ochtend worden de asperges met een speciaal steekmes uit de grond gehaald. Na het steken van de asperges worden deze zo snel mogelijk in koud water gedompeld, zo blijven ze zo vers mogelijk. Daarna worden de asperges schoongewassen en gesorteerd. De Dubbel Drents asperges zijn zowel geschild (terwijl u wacht) en ongeschild te verkrijgen.
Samenwerken is het nieuwe concurreren. De aspergetelers kunnen op deze wijze volume bieden en hun producten lokaal vermarkten. ‘Dit is precies wat we willen bereiken met Dubbel Drents Asperges. Het verkorten van de voedselketen, waarde vermeerderen en het draagt bij aan de regionale economie’, zegt projectcoördinator Jan van Goor.
