Column: Zijn deze jongeren de toekomst?

Het was een fantastische Hemelvaartsdag gisteren en dat leverde een flinke stroom strandliefhebbers op die er wel wat voor over hadden om naar de Noordzee te reizen. Het waren er veel, maar het is natuurlijk niet haalbaar dat al deze mensen – die elkaar normaal gesproken niet kennen – onderling afspreken wie wanneer naar welk strand gaat. Enige optie is een landelijk digitaal strandreserveringssysteem in het leven te roepen, waar mensen een paar vierkante meter zand kunnen vastleggen.

Niet iedereen ging gisteren naar het strand, maar bleek verstandig lekker dicht bij huis. Op de grens van de gemeenten Meppel en Staphorst loopt de omgelegde Hoogeveensche Vaart en op zonnige warme dagen is dit al jaren het domein van recreërende jeugd. Uit Meppel, maar ook uit Staphorst en ze hebben het er enorm naar de zin bij deze Oeverlanden. Kan ik me heel goed voorstellen, want wat is er nu mooier dan met vrienden en vriendinnen lekker te chillen langs de waterkant, waarbij je af en toe ook nog eens een verfrissende duik kunt nemen. De durfals springen van de brug het water in; dat mag eigenlijk niet, maar is natuurlijk wel heel stoer. Ik gun het al die jongeren van harte, zeker in deze tijd van corona die veel onzekerheid en stress met zich meebrengt en waarin jongeren nogal eens negatief in het nieuws komen, omdat ze de regeltjes aan hun laars lappen en zich onaantastbaar wanen. Dan is recreëren aan de boorden van de Hoogeveensche Vaart natuurlijk heerlijk.

Zandpad

Gisteravond maakte ik nog even een korte fietstocht, de route voerde onder meer over het zandpad ten zuiden van de omgelegde Hoogeveensche Vaart, door de Oeverlanden bij het Meppelerdiep met een geweldig rustiek natuurgebied vol weidevogels binnen handbereik. Het is daar achter Lekkerland echt genieten, van kieviten, wulpen, grutto’s en scholeksters, konijnen en met wat geluk zelfs reeën. Als je als inwoner van Meppel tot rust wilt komen, fiets dan na het eten even naar dit gebied op Staphorster grondgebied.

Lezer opgelet, hier eindigen de positieve woorden van de columnist subiet. Mijn grote genieten sloeg gisteravond in één klap om in grote ergernis toen ik over dit zandpad reed, waar eerder die dag tientallen jongeren een ongekend gezellige middag beleefden. De jeugd was weg, maar die was vergeten om het  eigen afval mee te nemen naar huis, om het daar in de vuilnisbak te deponeren. Hoeft niet zo moeilijk te zijn, want wanneer je die spullen mee kunt nemen naar dit ‘strandje’, heb je tassen waar de rommel na afloop in gestopt kan worden. Zeker als die ene vuilnisbak die aan de oever staat, tot de nok toe gevuld is.

Grote vuilniszak

Ik wist niet wat ik zag gisteravond, dacht erover na om even later met de auto en een grote vuilniszak terug te rijden om het afval dan maar zelf op te ruimen. Ik moest denken aan Joost Kam in de Wijk, die in zijn regio al jaren een kruistocht voert tegen het zwerfvuil. Hij inspireert me, want af en toe neem ik tijdens een wandeling in een natuurgebied ook een vuilniszak mee om de rotzooi van anderen op te ruimen. Denk aan al die ploggers in de regio, die tijdens een rondje hardlopen tevens zwerfvuil verwijderen. Dat zijn allemaal mensen die snappen hoe het hoort, maar die een klus doen die eigenlijk niet gedaan zou hoeven worden.

Die jeugd daar aan de Hoogeveensche Vaart, heeft die wel enig verstand onder de schedelkap? Stappen de jongeren na een middagje chillen lachend op de fiets en laten ze al hun rommel zonder enig spoortje van wroeging liggen? Zijn ze echt blind of maakt het ze gewoon helemaal geen reet uit? Hebben ze teveel van de bier-aanbiedingen van de Jumbo genuttigd? Je kon precies zien dat Amstel Radler en Desperado in de aanbieding is bij de gele supermarkt, 2 halen 1 betalen, maar ook dat er hier en daar stevig was gerookt en wiet gebruikt. Er lagen sokken, doppen, lege chipszakken, een halfvol pak ijsthee, tal van lege pakjes drinken, blikjes, papiertjes en allerhande plastic shit. En heel veel sigarettenpeuken.

Onze toekomst

Gisteravond liet ik de rommel voor wat het was, maar op deze vrijdagmorgen besloot ik toch terug te gaan. Om foto’s te maken, om er een column over te schrijven zodat ik mijn ergernis enigszins kwijt kon, maar ook om al die troep op te ruimen. Het leverde na een half uur werk een volle grijze vuilniszak op. Ik klaarde deze klus terwijl op de achtergrond een koekoek me toeriep, terwijl verderop kieviten hun jongen tegen kraaien beschermden en vissers hun hengel alweer hadden uitgegooid. Geen jongeren te zien die niet hadden kunnen slapen van spijt, omdat het afval al bezig was de natuur in te waaien.

Terwijl ik deze woorden tik, bedenk ik me dat dit jongeren zijn die de toekomst van onze wereld in handen hebben. Maar welke toekomst? Jongeren die bij het minste of geringste klagen, naar de drank, sigaretten en wiet grijpen en verder overal lak aan hebben. Die schijt hebben aan corona, schijt aan opruimen van hun eigen afval en schijt hebben aan de hele maatschappij. Het dringt kennelijk niet tot ze door – want geen hersencellen – dat ze hun eigen toekomst vergooien. Maar ook die van de jongeren die wél geleerd hebben hoe het hoort, die wél een greintje fatsoen hebben. Die zie en hoor je niet, want die ruimen hun zooi wel op.

Wat te doen tegen deze gasten? Het is grondgebied van de gemeente Staphorst, randje Meppel en aan de oever van een vaart, zodat Rijkswaterstaat er wellicht ook wat over te zeggen heeft. Cameratoezicht? Boa’s er op af sturen om de jeugd op te voeden? Ik hoop eigenlijk dat de betrokkenen op de een of andere manier deze column lezen en dan wakker worden. Dat ze dan hun rommel gewoon mee naar huis nemen. Ik hoop het, maar vrees toch een andere afloop. Waarschijnlijk hebben ze ook schijt aan deze column.

Peter Nefkens

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen